Hagrid

Achtergrondverhaal

Wist je dat de naam ‘Hagrid’ is afgeleid van het Oud-Engelse woord ‘hagridden’, wat ‘een nacht vol nachtmerries’ betekent? Iedereen die Hagrid ooit ontmoet, weet dat hij geen nachtmerrie maar een grote goedzak is. Tijd dus om wat meer aandacht aan deze halfreus te besteden!

Biografie

Rubeus Hagrid werd op 6 december 1928 geboren als zoon van meneer Hagrid (voornaam onbekend), een tovenaar, en Fridwulfa, een reuzin. Hij groeide op in het westen van Engeland, vlak bij het Bos van Dean. Toen hij ongeveer drie jaar oud was, vertrok zijn moeder om weer tussen de reuzen te gaan wonen. Hagrid heeft hierdoor weinig herinneringen aan haar en ze was geen goede moeder. Wel heeft hij veel leuke herinneringen aan zijn vader. Toen Hagrid zes jaar oud was, was hij al groter dan zijn vader en kon hij de ‘kleine’ tovenaar optillen en hem boven op een ladekast zetten als hij zich ergerde aan zijn vader.

Hagrids lengte was lastig. Met zijn 3,5 meter was hij langer dan een gewoon mens, maar hij was voor een reus juist weer klein. Oftewel: als halfreus paste hij net nergens bij…

In 1940 begon Hagrid zijn opleiding aan Zweinstein. Zijn vader was ontzettend blij dat zijn zoon was aangenomen op de toverschool. Hagrid werd gesorteerd bij Griffoendor. Al op school had hij een voorliefde voor ietwat gevaarlijke huisdieren. In zijn derde jaar kreeg hij een jonge Acromantula, die hij Aragog noemde. Datzelfde jaar opende een vijfdejaarsstudent genaamd Marten Vilijn (Tom Riddle) de Geheime Kamer en liet de Basilisk vrij, waarbij verschillende leerlingen werden Versteend en Jenny (Myrtle) overleed. Toen de school dreigde te sluiten vanwege de aanvallen - iets wat Vilijn absoluut niet wilde - ontdekte Vilijn Aragog en wees Hagrid aan als de schuldige. Hagrid was al eerder in de problemen geraakt door zijn gevaarlijke huisdieren en niet lang daarna werd hij dan ook van Zweinstein gestuurd. Aragog kon hij nog laten ontsnappen naar het Verboden Bos. Hagrid was opgelucht dat zijn vader het niet meer mee hoefde te maken dat hij van Zweinstein gestuurd was – zijn vader was het jaar ervoor overleden.

Vanwege het feit dat hij van school gestuurd was, werd het Hagrid verboden om nog langer magie te gebruiken. Het Ministerie van Toverkunst brak daarom zijn toverstok. Toch was er één persoon die overtuigd was van Hagrids onschuld. De toenmalige leraar Gedaanteverwisseling, Albus Perkamentus (Albus Dumbledore), overtuigde het toenmalige schoolhoofd Armando Wafelaar (Armando Dippet) om Hagrid op te leiden tot jachtopziener en hem weer op het schoolterrein te laten wonen.

Tijdens de Eerste Tovenaarsoorlog richtte Albus Perkamentus de Orde van de Feniks op om te strijden tegen Voldemort en zijn Dooddoeners. Hagrid trad toe tot de Orde. Toen de kleine Harry Potter abrupt een einde maakte aan de Eerste Tovenaarsoorlog, stuurde Perkamentus Hagrid naar Goderics Eind (Godric’s Hollow) om Harry tussen het puin vandaan te halen. Hij bracht hem naar zijn enige overgebleven familie: de Duffelingen (Dursleys). Hagrid was enorm verdrietig over de dood van James en Lily Potter.

Tien jaar later was Hagrid degene die Harry Potter vertelde dat hij een tovenaar was en dat hij was toegelaten op Zweinstein. Ook hielp hij Harry met zijn eerste stapjes in de toverwereld, door hem mee te nemen naar de Wegisweg (Diagon Alley) om zijn schoolspullen te kopen.

Hagrid had nog steeds een grote liefde voor gevaarlijke dieren. Maar hij was ook erg loyaal naar Perkamentus. Daarom leende hij zijn driehoofdige hond aan hem uit om de Steen der Wijzen te bewaken. Maar zijn enthousiasme om ooit een draak te bezitten zorgde ervoor dat hij per ongeluk aan een vreemdeling vertelde over Pluisje (Fluffy)…

Tijdens het schooljaar 1992-1993 werd de Geheime Kamer opnieuw geopend. Aangezien hij de eerste keer dat de Kamer geopend werd als schuldige was aangewezen, werd aangenomen dat Hagrid de Kamer opnieuw geopend had. Hagrid werd daarom naar Azkaban gestuurd. Hij kon Harry en Ron nog net het advies meegeven om de spinnen te volgen, wat hen leidden naar Aragog – de reden dat Hagrid de vorige keer als schuldige was aangewezen. Harry en Ron wisten de familie van Aragog maar net te overleven, maar hadden wel waardevolle informatie gekregen: het monster in de Geheime Kamer had niks met Hagrid te maken. Nadat Harry de basilisk wist te doden en de waarheid over de Geheime Kamer onthulde, werd Hagrid vrijgelaten.

Het daaropvolgende schooljaar werd Hagrid de leraar Verzorging voor Fabeldieren. Maar al bij zijn eerste les aan de derdejaars ging het mis. Draco Malfidus (Draco Malfoy) luisterde niet naar hoe hij een Hippogrief moest benaderen en werd aangevallen. Zijn vader Lucius diende een klacht in en het Ministerie gaf de opdracht om Scheurbek (Buckbeak) te executeren. Gelukkig waren daar Harry en Hermelien (Hermione) die de Hippogrief hielpen ontsnappen door de Tijdverdrijver te gebruiken.

Tijdens het schooljaar 1994-1995 werd het Toverschool Toernooi gehouden op Zweinstein en Hagrid kreeg verschillende taken die essentieel waren voor het toernooi. Zo hielp hij Charlie Wemel (Weasley) met het verzorgen van de draken van de eerste opdracht, die hij aan Harry liet zien op advies van professor Dolleman (Moody). Ook fokte hij, als project voor zijn vierdejaars leerlingen, de Schroeistaartige Skreeften (Blast-Ended Skrewts) die gebruikt werden bij de derde taak.

En het schoolhoofd van Beauxbatons, Madame Mallemour (Maxime) vond Hagrid ook wel interessant. Hij werd verliefd op haar en er leek een mooie relatie tussen de twee te ontstaan. Hagrid vertelde haar zijn levensverhaal en dat hij een halfreus is, in de veronderstelling dat zij ook een halfreus is, gezien haar lengte. Maar Madame Mallemour was beledigd en brak zijn hart. Rita Pulpers (Skeeter), in haar Faunatenvorm, had het hele gesprek gehoord en schreef erover in de Ochtendprofeet. Hagrid ontving daarna een heleboel haatmails en wilde ontslag nemen. Professor Varicosus (Grubbly-Plank) nam de lessen Verzorging voor Fabeldieren over, maar Perkamentus accepteert het ontslag van Hagrid niet en weet hem uiteindelijk te overtuigen om te blijven.

Na de terugkeer van Voldemort werd Hagrid, samen met Madame Mallemour, door Perkamentus naar de reuzenkolonies in het noordoosten van Minsk gestuurd. Door middel van geschenken probeerden ze hen te overtuigen om zich niet bij Voldemort aan te sluiten en het leek erop dat ze het opperhoofd konden overtuigen. Maar ze waren niet alleen; ook Voldemort had twee Dooddoeners gestuurd om de reuzen juist wél achter zich te krijgen. Dit veroorzaakte een opstand, waarbij het opperhoofd werd vermoord en Hagrid en Madame Mallemour gedwongen moesten vluchten.

Hagrid had wel ontdekt dat zijn moeder inmiddels gestorven was en dat hij een halfbroer had: Groemp (Grawp). Zijn halfbroer had het lastig binnen de groep, omdat hij wat klein was voor een reus. Hagrid moest en zou zijn halfbroer mee terug naar Zweinstein nemen, wat nog niet zo gemakkelijk was, aangezien Groemp nogal gewelddadig was.

Een grote klap voor Hagrid kwam in 1997 toen Aragog overleed. Onder invloed van Felix Fortunatis (Felix Felicis) ging Harry uiteindelijk naar de begrafenis van de spin en kwam onderweg professor Slakhoorn (Slughorn) tegen. Met z’n drieën verzorgden ze de begrafenis.

De macht van Voldemort werd steeds sterker en Hagrid voerde weer taken uit voor de Orde van de Feniks. Ook gaf hij een ‘hoera-voor-Harry-feestje’, waardoor hij ruzie kreeg met een aantal Dooddoeners en (met zijn halfbroer) vluchtte. Tijdens de Slag om Zweinstein vocht hij actief mee. Maar hij werd gevangengenomen door de Dooddoeners en ze lieten hem de (ogenschijnlijk) dode Harry terug naar het kasteel dragen. Maar Harry was niet dood, de strijd werd hervat en Voldemort werd verslagen.

Na de Slag om Zweinstein bleef Hagrid werken op Zweinstein. Hij is nooit getrouwd.