Bellatrix van Detta

Achtergrondverhaal

Een gevaarlijke heks met goede dueleervaardigheden en een van de meest trouwe Dooddoeners: dat is Bellatrix van Detta (Bellatrix Lestrange) in het kort. Maar wat weten we nog meer over haar?

Feitjes

Naam: Bellatrix van Detta-Zwarts
Geboortedatum: ergens in 1951
Overleden op: 2 mei 1998
Ouders: Cygnus Zwarts en Druella Roselier
Kind: Delphini, bijnaam Delphi (met Voldemort als haar vader).
Afdeling: Zwadderich
Toverstok: 27,3 centimeter lang, walnoot en een kern van drakenhartbloed.
Vaardigheden: goede dueleervaardigheden, bedreven in Occlumentie.
Hobby’s: geobsedeerd door haar meester en bloedzuiverheid, intens gelukkig als ze iemand in haar buurt martelt.

Over Bellatrix

Bellatrix van Detta was een van de meest toegewijde Dooddoeners van Voldemort. Ze was een gemene, wrede vrouw, die zich schuldig maakte aan het martelen en vermoorden van zowel tovenaars als Dreuzels. Bella, dat was haar bijnaam, was de oudste dochter van Cygnus Zwarts en Druella Zwarts-Roselier. Ze behoort dus tot de oude toverfamilie Zwarts. Bellatrix had twee zussen: Narcissa Malfidus-Zwarts en Andromeda Tops-Zwarts. Haar ene zus kennen we dus ook als de moeder van Draco Malfidus, de andere zus is de moeder van Nymphadora Tops. Bellatrix was getrouwd met Rodolphus van Detta, ook een zeer trouwe Dooddoener.

Stamboom van de familie Zwarts (bron: Wikipedia)

Bellatrix hield van het veroorzaken van pijn bij anderen, vooral wanneer haar slachtoffers weerloos waren. Haar specialiteit was daarom ook de onvergeeflijke Cruciatusvloek, waarmee ze mensen kon martelen.
Ze is enorm loyaal. Tijdens de eerste machtsperiode van Voldemort stonden Bella en Lucius Malfidus zo hoog in aanzien bij Voldemort dat ze allebei een Gruzielement toevertrouwd kregen. Bellatrix borg de beker van Huffelpuf veilig op in de familiekluis van de Van Detta’s bij Goudgrijp.
Nadat het haar na de val van Voldemort gelukt was om niet gevangen genomen te worden, probeerde ze – samen met drie andere Dooddoeners – om Voldemort te vinden en zijn macht weer te herstellen. Om informatie te verkrijgen martelde ze Frank en Alice Lubbermans, waarvoor ze en levenslange gevangenisstraf in Azkaban kreeg. Na meer dan 14 jaar lukte het Bellatrix om te ontsnappen uit Azkaban. Ze nam deel aan het gevecht bij het Departement van Mystificatie, waar ze haar eigen neef Sirius door de boog naar de Kamer des Doods liet vallen.

Bellatrix wilde de loyaliteit van collega Dooddoener Severus Sneep testen. Dat deed ze door verschillende gesprekken met hem te voeren in Weverseind, waar Sneep was opgegroeid. Uiteindelijk was het zijn bereidwilligheid om een Onbreekbare Eed af te leggen met Narcissa Malfidus wat haar deed besluiten dat Sneep te vertrouwen was. Met die Onbreekbare Eed zou Sneep Draco Malfidus beschermen en, mocht Draco falen, Perkamentus doden.

Na de dood van Perkamentus steeg Sneep bij Voldemort in aanzien, terwijl de Malfidussen en Bellatrix werden uitgekozen voor vernederende taken. Bella moest de tovenaars met Dreuzelouders en halfbloeden uit haar eigen stamboom ‘snoeien’. Toen Vaalhaar en een aantal Bloedhonden Harry, Ron en Hermelien gevangen namen met het zwaard van Griffoendor in hun bezit, raakte Bella in paniek. Het zwaard had namelijk in haar kluis in Goudgrijp moeten liggen, dus ze ging er vanuit dat ze het zwaard hadden gestolen. Daardoor vertelde ze Voldemort in eerste instantie niks over het feit dat Harry was gevangen. Ze kon het niet verdragen om nog verder in aanzien te zakken, aangezien ze dacht dat de beker van Huffelpuf misschien wel, samen met het zwaard, uit de kluis was gestolen. Helaas aarzelde ze te lang. Dobby verscheen en hielp Harry, Ron, Hermelien en de anderen om te ontsnappen uit het landhuis. Zij wisten inmiddels waar ze een van de laatste Gruzielementen konden vinden. Tot Harry’s grote verdriet doodde Bellatrix Dobby met een goed gemikte gooi van haar mes. Bellatrix overleefde de woede van Voldemort en vocht later mee in de Slag om Zweinstein. Daar werd ze vermoord door Molly Wemel.

Het uiterlijk van Bellatrix

Bella had het goede, aristocratische van de Zwarts: ze was lang, had lang, zwart haar en donkere ogen met zware oogleden. Ze had een arrogante uitstraling. Azkaban liet bij haar, net zoals bij Sirius, duidelijke sporen na. Voor Azkaban was haar haar dik en glanzend. Na Azkaban was haar gezicht mager, alsof je naar een schedel met vel keek.