Verzorging voor Fabeldieren

Lessen voor Dreuzels

Hallo luitjes! Mijn naam is Rubeus Hagrid. Wat leuk dat jullie d'r vandaag allemaal zijn. Es effe kijken, vandaag gaan we 't hebben over de centaur. Zoals de meeste van jullie denk ik wel weten, wonen er hier in het Verboden Bos ook centauren. Daarom leek ’t me wel leuk om jullie daar wat meer over te vertellen. Professor Perkamentus had liever niet dat ik jullie aan gevaarlijkere wezens voorstelde…

Goed, de centaur. In jullie boekie staat dat de centaur door het Ministerie van Toverkunst geclassificeerd is als XXXX – oftewel erg gevaarlijk. Dood tovenaars, ontembaar etc. Die lui op het Ministerie weten d'r helemaal niks van. Weten jullie waarom ‘ie zo gevaarlijk is? Je mot ze met het grootst mogelijke respect behandelen. Verder is het helemaal geen agressief beesie.

Het hoofd, de romp en de armen van een centaur zijn menselijk, maar gaan over in een paardenlichaam dat allerlei verschillende kleuren ken hebben. Eigenlijk zou je de centaur niet onder de dieren moeten rangschikken, want ze zijn intelligent en kennen praten. Op eigen verzoek zijn ze toch als Fabeldier geclassificeerd.

De centaur is een bosbewoner. Men vermoedt dat 'ie oorspronkelijk uit Griekenland komt, maar inmiddels leven er vele gemeenschappen door heel Europa. In ieder land waar centauren voorkomen, hebben de magische autoriteiten gebieden aangewezen waar ze leven mogen en niet lastig gevallen worden door Dreuzels. Centauren hebben echter weinig behoefte aan magische bescherming. Ze hebben zo hun eigen maniertjes om zich voor mensen te verbergen.

Over de leefgewoonten van de centaur is nog veel onduidelijk. Ze staan over het algemeen net zo wantrouwig tegenover de magische gemeenschap als de niet-magische gemeenschap. Ze schijnen zelf weinig onderscheid te maken tussen tovenaars en Dreuzels.

Ze leven in kuddes. Die kuddes kunnen variëren van 10 tot 50 exemplaren. Naar verluidt zijn ze erg bedreven in magische geneeskunst, waarzeggerij, boogschieten en astronomie.

Behandel centauren altijd met respect, anders zijn het niet zulke leuke beesies.

Nou, dat was het weer voor vandaag. Tot de volgende keer. Ik hoop dat jullie ’t een beetje leuk gevonden hebben.